Je eetstoornis is maar een deel van jou. Je bent nog zoveel meer
Heb je het idee dat alles in je leven draait om eten, je lichaam en strijd in je hoofd? Dat je dagen vol zitten met regeltjes, twijfels en gedoe over wat wel en niet mag?
Als je er middenin zit, voelt het soms alsof er niks anders meer bestaat. Waar ben jij gebleven?
De eetstoornis is maar een deel van jou. Je bent nog zoveel meer. Tijd om dat weer te ontdekken.


“Zeg hoe is het eigenlijk met jouw ei? Gebruik je het nog wel eens?”, vraagt vriendin M. Ik kijk haar wazig aan. “Ei?”. “Ja” zegt ze “Jij deed toch altijd zo’n ei om je heen?”. En dan begint me wat te dagen: mijn ei, mijn hulpmiddel in bange dagen, mijn redder in de nood, mijn rust- en comfortbrenger. Hoe kon ik mijn ei vergeten? Nou bij deze het hele verhaal, want jij begrijpt waarschijnlijk helemaal niet waar ik het over heb. Terwijl je er wel veel aan kunt hebben.
’t Leven is niet altijd even simpel en hoe je daar zelf mee omgaat al helemaal niet. Weet dat hoe rottig het ook is, hoe ellendig je je ook voelt, er altijd een oplossing is die helpt. In alle gevallen: blijf ademen.
Eten. Dat kan behoorlijk verwarrend zijn. Want heb je nu honger, trek of last van een emotie, verveling of onrust? Laat je lijf je antenne zijn, dan wordt je heel veel duidelijk en ontdek je ook de oplossing. Hoe? Dat lees je in dit artikel.
Iedereen met een eetstoornis heeft zijn of haar eigen verhaal. In dit blog deel ik mijn verhaal. In de hoop dat dit jou ook helpt jouw verhaal te vertellen en in de hoop dat met ieder verhaal dat wij
Gevoelens en emoties. Hoe vaak druk je ze niet weg. Verstop je ze omdat het even niet uitkomt. Verdoof je ze met niet eten of juist eetbuien, met drank, drugs of hard werken. Omdat de emoties en gevoelens je verwarren of van slag brengen. Omdat je er geen raad mee weet. Wat zou het fijn zijn als je ze wel een plek kunt geven, als je ermee zou kunnen leren omgaan en ze kunt gebruiken om voluit te leven.
Lijf? O ja, ik heb ook nog een lijf. Ik merkte het al op de fiets op weg naar twee collega’s om een nieuwe training te ontwikkelen. Lekker in de frisse buitenlucht. Maar het ging allemaal langs mij heen. Ik nam maar half waar wat er om me heen was. Merkte dat het me eigenlijk allemaal te veel was. Het was weer eens zo ver. Te hard gewerkt. Te veel hooi op mijn vork genomen. Dat ook nog allemaal het liefst in een dag af moest. En dan mezelf kwijt. Alleen nog maar een hoofd op een fiets.